In Brugge kennen we hem door de bronzen gedenkplaat aan de apotheek Dryepondt (nu S. Baert) in de Wollestraat 7 (Brugs Ommeland, 2017,4, p. 245-247).
Hij was een Congo-pionier met heel wat verdiensten voor de tropische geneeskunde. Geboren in Brugge op 3 februari1866, overleed hij onverwacht in Etterbeek op 3 januari 1932. Hij werd begraven in Elsene waar zijn opvallend grafmonument nog altijd bestaat. De grafplaat rust op zes grote zuilen. Wel werd in Etterbeek in 1937 een “Rue Docteur Dryepondt” naar hem genoemd.
In de “Biographie Coloniale Belge” worden natuurlijk alleen maar positieve berichten opgenomen maar wie het hoofdstuk “Congo onder Leopold II 1885-1908” van David Van Reybrouck heeft gelezen (Congo. Een geschiedenis, Amsterdam, 2010) is meteen op z’n hoede, temeer omdat legerarts G. Dryepondt inscheepte naar Congo in 1890. Leopold II had niet genoeg aan Congo en wilde ook nog de Lado-enclave in het huidige Zuid-Soedan. Onder leiding van de beruchte Guillaume Van Kerckhoven (1853-1892) werd in 1891 een veroveringspoging ondernomen die echter mislukte. De expeditie bestond uit veertien Europese militairen en twee dokters, Jean Van Campenhout (1865-1956) en Gustave Dryepondt die het bevel voerden over vijfhonderd zwarte soldaten. Ze lieten een spoor van vernieling achter (Maarten Couttenier, Congo tentoongesteld. Een geschiedenis van de Belgische antropologie en het Museum van Tervuren (1882-1925), Leuven-Voorburg, 2005, p. 107).
Gustave Dryepondt was legerarts van 1890 tot 1924. Zonder twijfel was hij van groot belang voor de studie van de tropische ziekten en de gezondheidszorg in “onze” Congo maar anderzijds liet hij zich ook meeslepen door de terreur van de opgelegde beschaving. Er is sinds de jaren ’90 van de vorige eeuw veel kritiek op het regime van Leopold II in zijn Congo-Vrijstaat. We denken hierbij o.m. aan het monument ter ere van luitenant Lippens en sergeant De Bruyne op de Zeedijk in Blankenberge. Op dat standbeeld (opgericht in 1900) staat te lezen dat ze sneuvelden voor onze beschaving. De Afrikaanse vrouw op de trappen van het originele beeld werd pas in de jaren ’30 toegevoegd. Het wordt tijd dat België eindelijk het debat aangaat over de uitbuiting tijdens die imperialistische periode. Men kan moeilijk een excuus verzinnen om dat uit te stellen want het is evident dat wijzelf en onze kinderen en kleinkinderen niet verantwoordelijk zijn voor de daden van toen. Begin er dus aan. Dat hoeft niet gepaard te gaan met een beeldenstorm. Het volstaat om enkele monumenten uit de publieke ruimte onder te brengen in musea en andere in situ te laten maar voorzien van een tekstbordje dat komaf maakt met de geschiedvervalsing. Ook de straatnamencommissie moet aan de slag. Een beetje zoals met de Cyriel Verschaevestraat (collaborateur W.O.II) in Lanaken die in 2017 omgedoopt werd in Anne Frankstraat.
Willy Dezutter