Tag Archives: schilderkunst

De Sylver Birds van kunstenaar Sylvère Declerck

206

De Sylver Birds zijn de universele ambassadeurs van de gelijkwaardigheid onder de mensen.  Het uitdiepen van gedachten is kunst wanneer het gekoppeld wordt aan het schone.  De Brugse kunstenaar Sylvère Declerck bergt alle ismen op in het verleden en kiest voor het hedendaagse en het schone.  Ook zonder de boodschap te kennen, kan men van deze kunst genieten.  Zoals de kunstfilosoof prof. dr. Willem Elias (VUB) het zo mooi formuleerde: “Je kunt van kunst genieten zonder er iets van te begrijpen, net zoals je ook geen natuurkunde hoeft te kennen om de natuur mooi te vinden”.  Sylvère Declerck weet vormgeving en inhoud te verbinden tot sierlijke kunst.   Daarbij liet hij zich inspireren door de wilde ganzen, in het bijzonder door de Canadese ganzen in de Uitkerkse polder.  Slechts weinig vogels spreken zo tot de verbeelding als wilde ganzen.  De volkse benaming “vriesganzen” duidt er reeds op dat we ze in onze streken vooral in de winter waarnemen.  Het volksgeloof wil dat wanneer ze in de herfst massaal het luchtruim opfleuren met hun gekende V-formaties, dit een voorbode is van een strenge winter.  Hun jaarlijkse terugkeer in de polders rond Damme heeft te maken met het ontvluchten van de barre weersomstandigheden rond de poolcirkel, waar hun broedgebieden zich bevinden.  Tijdens hun jaarlijkse trektochten leggen ze duizenden kilometers af.  En toch vinden ze op het einde van de reis feilloos hun pleisterplaats in onze contreien of het vorig jaar gebruikte nest in de verre toendra terug.  Als fervente vegetariërs “snakken” zij het gras, zoals de Nederlandse dichteres Anne Kempe (Middelburg, Ned.) hun grazen omschrijft.  In onze Oostkustpolders komen vooral duizenden kolganzen en de kleine rietgans (die groter is dan de kolgans !) voor.  De Sylver Birds (genoemd naar hun ontwerper Sylvère en bijgevolg niet naar silver/zilveren vogels; het zijn de geesteskinderen van de kunstenaar) sluiten aan bij deze bekende overwinteraars maar vormen een eigen creatie, een eigen uniek concept.

De ontwikkeling van deze vlucht begon in de tuin van het Guido Gezellemuseum in Brugge, waar de twaalf prototypes de plaats trouw, zo eigen aan broedvogels, alle eer aan deden.

Een ongestoorde habitat in harmonie met de omgeving.

475

De Sylver Bird: metafoor en uitstraling

Het mega-kunstproject van de Sylver Birds nam zijn vliegende start, dank zij de medewerking van de Stad Brugge, op de Brugse Vesten, de mooie groene omwalling. De eerste honderd vogels streken neer op de Kazernevest en werden daarna, processiegewijs, overgebracht naar het Koning Albertpark vlak bij het concertgebouw.  Die vreedzame stoet van neerstrijken en opstijgen kon men volgen op Focus-tv.  De utopie werd werkelijkheid: events not seen on a TV-screen do not exist !  De optocht had iets van een happening en tevens werden alle mogelijkheden goed uitgetest: de zwerm vogels markeerde het landschap en iedereen sprong van de fiets (in New York is dat onmogelijk) om het schouwspel van dichtbij aan een onderzoek te onderwerpen.  Kunst die nieuwsgierig maakt, kunst die de wereld tracht te veranderen met zijn boodschap voor meer verdraagzaamheid. De hype was gecreëerd; iedereen kwam aanzetten met suggesties voor andere locaties, alsof de kunstenaar dat zelf niet had voorzien in zijn langetermijnvisie !  De honderd vogels zouden zich immers vermenigvuldigen naar vijfhonderd met een opbouw naar duizend.  Wel werd een rustpauze ingelast om de eerste honderd harde werkers een veilig onderkomen te brengen bij adoptie-ouders.  Zij komen niet meer in aanmerking om hun tocht verder te zetten.

Het mega-kunstproject komt nu in een volgende fase.  Met de medewerking van de NMBS (Belgische Spoorwegen) moet het mogelijk zijn om langs het spoorwegtraject Brugge-Brussel, heen en terug, de reizigers te laten meegenieten van de opstelling, langs weerszijden in het veld, van telkens een kolonie van vijfhonderd Sylver Birds. Het is een koud kunstje om duizend vogels met fotoshopping virtueel een baan om de aarde te laten maken (ook dat is conceptuele computerkunst !), maar het is zoveel interessanter voor alle betrokkenen om ze echt te zien staan en er dan pas over te lezen. Het kunstproject leent zich trouwens uitstekend tot het verspreid opstellen, omwille van de flexibele presentatiemogelijkheden van deze artistieke vogels.  Het grootste effect zal men echter wel verkrijgen door de grootschalige aanpak: duizend vogels in scheervlucht die de toeschouwer verrassen en een shockeffect teweeg brengen.  Het kunstwerk spreekt voor zichzelf.

Sylvère Declerck is sinds jaar en dag bekend als kunstschilder maar is evenzeer bekend als gewezen burgemeester van Blankenberge.  Zijn artistieke kwaliteiten staan daar compleet los van en een volledig overzicht van zijn kunstenaarsloopbaan treft men aan in de aan hem gewijde kunstmonografie (1998) geschreven door Johan Debruyne, Jaak Fontier en Elie Balduck en de nieuwe publicatie die Willy Dezutter schreef in 2009.  Zelf ging hij wel op zoek naar de relatie kunst en politiek.  In 2006 verscheen immers zijn ophefmakend boek “Een kunstenaar in de politiek”, een psychologisch portret van de lokale politiek.  Naast de schilderkunst, van expressionisme naar constructivisme, maakte hij een opgemerkte passage in 2002 (Brugge Culturele Hoofdstad van Europa) met zijn “Vensterwerken” in de Molenmeers.  De vogelsculpturen vormen daarvan de logische uitloper.  Was het eerste een integratie met de architectuur dan gaat het nu over integratie in het natuurlandschap, zowel in de binnenstad als de weidse vlakte.  De Amerikaanse beeldend kunstenaar Christo (°1935), van Bulgaarse afkomst maar werkend vanuit de Verenigde Staten, verwierf samen met zijn vrouw Jeanne-Claude (1935-2009) bekendheid met zijn landschapskunstwerken en met het inpakken van bekende gebouwen.  De financiering gebeurde door de verkoop van tekeningen, voorontwerpen en foto’s van de gerealiseerde kunstwerken.  Onlangs was het echtpaar in Knokke-Heist om die afgeleide producten aan de man en de vrouw te brengen.  Geen profeet is in eigen land geëerd.

Brugge liet ons in 2005 en 2006 verbazen door Spencer Tunick (° 1967), eveneens een Amerikaans beeldend kunstenaar en fotograaf, die vooral bekendheid verwierf met zijn installaties met grote aantallen naakte mensen.  Volgens kenners is dat tentoongestelde werkelijkheid maar geen kunst.  Men kan dat vergelijken met het schikken van bloemen in een vaas.

Sylvère Declerck heeft vooral oog voor de blijvende kwaliteit; de schoonheid primeert en is geen afvalproduct.  Hij bewijst dat de Belgen goede kunstenaars zijn.  Hij is daarenboven een menslievend kunstenaar die met dit project gaat voor de slogan: vrijheid, gelijkwaardigheid en solidariteit.  Met het propageren van meer gelijkheid en gelijkberechtiging in de wereld bereikt hij het kosmopolitische niveau dat hem in staat moet stellen om verder te vliegen dan de landsgrenzen.  Het zou van euvele moed getuigen om hier al te veel suggesties te doen maar een vriendschapsverdrag met de Canadese ganzen behoort tot de mogelijkheden.

Ook zijn Sylver Birds krijgen een gelijke behandeling.  Zijn concept heeft oog voor mens en dier en ecologie.  Eindelijk nog eens een totaalproject met diepgang.

Willy Dezutter, ere-conservator Stedelijke Musea Brugge

167

Les Sylver Birds devinrent littéralement les “Oiseaux de Sylvère” mais comme création artistique unique: seuls de leur espèce et aussi uniques en leur image totale. Ce ‘projet d’oiseaux artistiques” était prêt à quitter le nid.

Willy Dezutter, conservateur honoraire aux Musées Communaux de Bruges

180

Die Sylver Birds wurden buchstäblich die “Vögel von Sylvère” als einzigartige künstlerische Kreation: einzigartig als Art sowie als Gesamtbild.  Dieses “Vogelkunstprojekt” konnte das Nest verlassen.

The Sylver Bird literally became “Sylvère’s birds”, but this as a unique artistic creation: unique in its kind an equally unique in overview. This “Birdart-project” could leave the nest.

OLYMPUS DIGITAL CAMERA

Kunstenaar Sylvère Declerck, atelier: Molenmeers 66, B-8000 Brugge. 

Zeven schilderijen van Jan Garemijn

Op 19 augustus 1901 schreef Séraphin De Rijcker vanuit Antwerpen (Van Schoonebekestraat 41) een brief naar het Brugse stadsbestuur (S.A.B. Modern Archief. Beaux Arts nr. XIII b/142).  In deze brief liet hij het College van Burgemeester en Schepenen weten dat hij en zijn zusters (die in Brugge aan de Speelmansrei woonden) zeven schilderijen van Jan Garemijn te koop stelden.  Séraphin De Rijcker was de zoon van Léon-Jean De Rijcker (Blankenberge 25 juni 1819 – Brugge 5 februari 1878) en van Louise Landrien (Duinkerke 1 januari 1827 – Brussel 27 november 1893), die in Brugge in het huis “In de Naelde” in de Zuidzandstraat 39 een handelszaak openhielden.  Séraphin werd er geboren op 27 september 1855.  Het gezin telde drie zonen, Jules, Séraphin en Gustave, en drie dochters Eugénie, Jeanne en Louise.  Zoals zijn broers Jules en Gustave bezocht Séraphin het Koninklijk Atheneum van zijn geboortestad.

Maar in 1901 vinden we hem terug als zakenman in Antwerpen.  In zijn brief vraagt hij of de Stad Brugge interesse heeft in de aankoop van de schilderijen.  “Ils sont en bon état et ornent une chambre de la maison no. 39, rue du Sablon « In de Naelde » à Bruges.  Cette maison a été acquise par Mr. Em. Kiere-Schotte; toutefois les tableaux nous restent et nous voudrions les vendre… “.  Van het stadsbestuur kreeg hij een negatief antwoord, “dat de stad in deze aankoop niet geïnteresseerd was, gezien de geringe kunstwaarde van deze salonschilderingen”.  Dit antwoord van het stadsbestuur is niet zo verwonderlijk want in 1901 bestond er niet de minste belangstelling voor het werk van de Brugse kunstschilder Jan-Antoon Garemijn en voor de salonkunst van de 18de eeuw.  Die belangstelling zal maar pas op gang gebracht worden door de geslaagde tentoonstelling in de zomer van 1955, met werk van drie Brugse meesters uit de 18de eeuw: Jan Garemijn, Hendrik Pulinx en Pieter Pepers.  Voor deze tentoonstelling schreef toenmalig conservator A. Janssens de Bisthoven een wetenschappelijke en historische catalogus (A. Janssens de Bisthoven, De schilder Jan Garemijn (1712-1799) in: Drie Vlaamse Meesters van de XVIII eeuw, Brugge, 1955, pp. 13-68).  Pas in 1954, bij het aantreden van A. Janssens de Bisthoven (1915-1999), werd het museumwezen in Brugge geprofessionaliseerd en velen zullen verbaasd opkijken wanneer ik er aan herinner dat de Dienst Stedelijke Musea pas in 1972 werd opgericht.  In 1995 noemde de kunsthistoricus Dominiek Dendooven kunstschilder Jan Garemijn “een eminent kunstenaar, rijk getalenteerd en veelzijdig” (Brugs Ommeland,1995, 2, p. 76).  Van 8.12.1999 tot 16.01.2000 was er een tentoonstelling in de Garemijnzaal (Stadshallen) onder de titel “Jan Antoon Garemijn 1799-1999. Geen dag zonder lijn”.  Daarin werd herdacht dat het tweehonderd jaar geleden was dat de kunstenaar overleed.  De tentoonstelling toonde vooral tekeningen en er werd niet eens een catalogus aangemaakt (Jaarboek Stedelijke Musea, Brugge 1997-1999, p.287).

Willy Dezutter