Category Archives: Levensbeschouwing

Gods mysterie in Sutherland Springs

In Knack (2018, 2) schreef kerkjurist en mediafiguur Rik Torfs een essay over “Zijn religies sterker dan ideologieën ?”  Hij heeft het daarin over de stille kracht van godsdiensten.  Hij stelt god buiten de logica en roemt de ruimte die religie laat voor het mysterie.

Waar hij aan voorbij gaat is het Gods mysterie van Sutherland Springs.  Op 5 november 2017 schoot de ex-militair Devin Kelley 26 kerkgangers dood in de “First Baptist Church” van Sutherland Springs in Texas.  Die kerkbezoekers werden lukraak doodgeschoten.  Natuurlijk was de dader zwaar gestoord.  Voor de overlevenden gaat alles gewoon verder.  Het kerkgebouwtje stroomt vol met dorpelingen en dominee Frank Pomeroy plaatst alles in zijn juiste perspectief: het behoort bij het lijden van christenen, er zijn immers al vele christenen geweest die gestorven zijn voor het geloof.  De journalist Michael Persson tekende de reacties op van de nabestaanden (Zeno/De Morgen, 30.12.2017) die het doodleuk beschouwden als een gevecht van God met Satan.  Het lichaam van Christus werd aangevallen maar dat zorgde voor een revival onder christenen.  Satan fungeerde als katalysator voor god en daarmee heeft deze tragedie ook een goede kant.  Een overlevende worstelt dan weer met grote schuldgevoelens want hij weet niet welke bedoeling god met hem heeft.  Voor de gestorven kinderen valt het uiteindelijk ook wel mee.  Die hebben wellicht even pijn geleden maar de beloning is groot want ze zijn nu immers in de hemel.  Ik zou zeggen: groot en klein, waar wachten wij nog op ?  Alles wordt toegeschreven aan de goddelijke voorzienigheid: de één moest sterven, de ander overleefde. Wanneer god iemand laat sterven, heeft hij daar een bedoeling mee.  Dat is gods mysterie. Uiteindelijk kon iemand de dader neerschieten.  Die was dan weer een werktuig in gods handen.  Zelf zegt hij daarover: “Kennelijk vond God het genoeg. God kan het kwaad niet tegenhouden maar hij kan ingrijpen. Hij had overlevenden nodig om het verhaal te vertellen”.

Het gaat hier natuurlijk over de god van de evangelische kerk in Amerika die ook wel eens iemand durft te genezen tijdens een healing.  De extatische dominee is dan de bemiddelaar en Jezus doet het echte werk.  De god van de katholieken is de jongste decennia heel wat bedaarder geworden.  Zelfs de wonderen uit het Nieuwe Testament worden door katholieke theologen niet meer als dusdanig erkend.  Er genezen nu nog altijd in bepaalde bedevaartsoorden personen van een psychosomatische ziekte maar verloren ledematen groeien niet terug aan.

Rik Torfs wenst graag het mystieke te benadrukken gevolgd door zijn typisch monkellachje.  Hij hanteert in godsdienstzaken graag de ironie.  Hij weet wel waarom; als “Bekende Vlaming” kan hij het zich niet permitteren om als idioot beschouwd te worden.  Hij spiegelt daardoor de mensen iets voor dat onbereikbaar is voor iedereen die niet over de voor hem noodzakelijk geachte genade beschikt.  Bestrijd de irrationaliteit en voorkom daarmee godsdienstwaanzin.  Dat is beter voor de geestelijke hygiëne en voorkomt jihadistische aanslagen bij diegenen die god gelijkstellen aan Allah . Ook die gaan rechtstreeks naar het paradijs.

Willy Dezutter

Een dure en erg vervuilende keppel

“Om de uitstoot van boeikasgassen aan banden te leggen en de klimaatopwarming, overeenkomstig het besluit van de klimaatconferentie van Parijs 2015, te beperken, leg ik testamentair vast om mijn begrafenis in besloten familiekring te laten plaatsvinden. Het is bijgevolg onnodig dat buitenlandse staatshoofden naar Jeruzalem komen.”  Was getekend: Shimon Peres.  Helaas heeft deze Nobelprijswinnaar en oud-president van Israël bovenstaande niet laten vastleggen en was het op 30 september 2016 erg druk in Jeruzalem.  De Amerikanen, onder wie oud-president Bill Clinton en president Barack Obama, waren er met zes vliegtuigen.  Daarnaast werden er nog zo’n zestig privé vliegtuigen verwacht.  Als veiligheidsmaatregel waren er zevenduizend extra politiemensen op de been.  Uiteindelijk waren er drieduizend genodigden aanwezig.  Het was alleszins geen groene begrafenis.  Vanaf 2023 zal er om de vijf jaar een wereldwijde evaluatie plaatsvinden van de uitstoot.  Bij de berekening van de overmatige CO2-uitstoot zal men nog eens mogen terugdenken aan Jeruzalem 30 september 2016.  Shimon Peres was zich bewust van zijn sterfelijkheid.  In “Der Spiegel” verklaarde hij: “De enige persoon die eeuwigheid geniet, is de Messias, en die moet nog komen”.  Arme christenen die al twintig eeuwen de verkeerde Messias aanbidden !

Keppel

Het valt telkens weer op dat bij joodse plechtigheden een groot aantal buitenlandse leiders, ook wanneer ze geen jood zijn, een keppeltje dragen.  Uiteraard hebben Bill Clinton en Barack Obama hun eigen keppel die bij hen thuis in de kast ligt.  Voor de VS, met zijn sterke joodse lobby, is dat een must om electorale redenen.  De Franse president François Hollande maar ook onze premier Charles Michel, om slechts die twee te noemen, droegen geen keppeltje.  Dat is volstrekt logisch: je moet nooit doen wat je niet bent.  Alleen joodse mannen dragen dit religieus symbool dat hen er aan herinnert dat “God je klein maakt en je daarom je eigen verstand moet bedekken”.  Over het dragen van een keppel staat niets in de Bijbel.  De verplichte hoofdbedekking voor joodse mannen is pas ontstaan in de 16de eeuw als een soort traditie.  Het dragen van de keppel aan buitenlandse staatshoofden opdringen (en toeristen !  kassa), zogezegd om “respect te betuigen”, is natuurlijk een drogreden.  Het is niet de gewoonte en zelfs af te raden om aan rituelen deel te nemen van godsdienstige plechtigheden wanneer men zelf geen praktiserend lid is van die godsdienst.  Je kunt, als ongelovige, uit respect (!) voor de overledene perfect deelnemen aan een katholieke uitvaartmis maar het zou toch bespottelijk zijn om op zo’n ogenblik de aandacht te willen trekken door tot “de heilige tafel te naderen”.  Tenzij men nog eens te communie wenst te gaan om electorale redenen.  Dan komt men zeker nog eens met zijn foto in de “boekskes”.  Dat overkwam Bart De Wever de burgemeester van Antwerpen, die dit genademiddel tot zich nam op de begrafenis van de komiek Gaston Berghmans op 27 mei 2016 in de Sint-Andrieskerk van Antwerpen.  Maar dat was wellicht uit innerlijke overtuiging ondanks de verlichtingsideeën die hij propageert.  Hij heeft dus nog verwachtingen.  Het is een mooi vooruitzicht: nu de baas op aarde en later ook in de hemel.

Pelgrims lopen groot gevaar

Enkele jaren geleden kwam een Vlaamse bedevaarder om het leven toen hij onder een trein terecht kwam bij het uitladen van de rolstoelen van Lourdespelgrims.  Niet alleen katholieke pelgrims kunnen een slechte ervaring oplopen met een trein.  In 2013 vonden in de Indische staat Bihar 37 hindoeïstische pelgrims de dood bij het oversteken van een spoorweg.  Ze werden door een voorbij razende trein gegrepen.  Nu is Maria wel een belangrijke middelares tussen de mensen en god maar een reis naar de Franse Pyreneeën blijft vol gevaar.  Regelmatig verongelukken er autobussen met pelgrims op weg naar de moeder van de Heer.  Het is daarom wel praktisch om een replica van de Lourdesgrot te hebben naast de kerk van je eigen gemeente.  Zo de god van de christenen al niet almachtig is, zit ook Allah, de god van de moslims, regelmatig te slapen.  Op 11 september 2015, de eerste dag van het Islamitisch Offerfeest, stak er een hevige storm op in Mekka en viel er een grote hijskraan om.  Resultaat: 107 doden en 230 gewonden.  Maar het ergste moest nog komen.  Tijdens de slotdag van de Hadj, de jaarlijkse bedevaart naar Mekka, werden er op 24 september 2015 andermaal honderden pelgrims onder de voet gelopen.  In 1990 waren er 1426 dodelijke slachtoffers en nu startte men op het aantal 717 maar dat werd op 29 september 2015 al bijgesteld op 1100. Andere bronnen geven nog hogere cijfers (tot 2110 doden) maar in feite tracht de overheid het juiste aantal te verdoezelen om rivaal Iran te ontzien.  Het duidelijkst was de Saoedische minister die zei: “Tegen de wil van god kunnen we niets ondernemen”.  Al dat gedrang is nodig voor de rituele steniging van de duivel !  Een massa die in beweging komt ontsnapt aan de almacht van Allah.  Maar zoiets kan overal gebeuren, op Westerse muziekfestivals en in voetbalstadions.  Zowel de god van de moslims al die van de christenen is nu eenmaal een slechte groepsmanager.

Gradaties van lijden

Maar er zijn verschillende gradaties van lijden.  Op 14 mei 2015 was er in Brugge op Hemelvaartsdag de afgelasting van de H. Bloedprocessie wegens de regen.  Die nooit wetenschappelijk onderzochte relikwie van het zogezegde bloed van Jezus Christus (1) kwam in het begin van de 13de eeuw in Brugge terecht na de Vierde Kruistocht (1203-1204).  De kruisvaarders plunderden toen Constantinopel onder leiding van Graaf Boudewijn IX en namen die relikwie mee.  Niemand is beschaamd om met dat gestolen goed door de straten van Brugge te trekken, ook al is het een relict van de dubieuze reliekenhandel (2).  Dus zelfs de rondgang met het bloed van zijn eigen zoon laat god onverschillig.  De tickets (verkocht aan de toeristen, voorheen pelgrims geheten) werden niet terugbetaald. “De tickets zijn via verschillende kanalen verkocht zodat het moeilijk is om iedereen terug te betalen” luidde de uitleg.  God is niet almachtig maar kennelijk ook niet alwetend.  Maar ook een andere processie in Brugge ging voor het tweede jaar op rij niet door wegens slecht weer.  Op 15 augustus 2014 en 2015 ging de Blindekensprocessie (3) niet uit.  In 1304, in de Slag bij de Pevelenberg, stond de Moeder Gods nog aan de zijde van de Vlamingen tegen de Fransen, maar de non-pacifistische en partijdige Maagd Maria is als weergodin volstrekt onbetrouwbaar gebleken. Weten de organisatoren dan niet meer dat men een mand met eieren naar de Arme Klaren moet brengen ?  Zelfs de traditie om goed weer af te smeken is in Brugge te niet gedaan toen in 1990 het Klooster van de Arme Klaren Coletienen op tamelijk tumultueuze wijze werd opgedoekt (4).

Godsdienstoorlogen

Ongenuanceerd kan men daar niet over redeneren maar het staat toch wel vast dat het dikwijls god zelf is die voor de aanleiding tot bloedvergieten zorgt.  Kruistochten naar het Heilig Land (1095-1274), kruistochten tegen ketters (bijv. de Katharen), de Reformatie (tussen protestanten en katholieken), de zeer bloedige Dertigjarige Oorlog (1618-1648) en natuurlijk de recente gebeurtenissen in de moslimwereld tussen soennieten en sjiieten.  Het is zo maar een losse greep.  Zelfs koning Willem I stuurde in 1830-1831 extra troepen naar Zeeuws-Vlaanderen omdat hij bang was dat de overwegend katholieke bevolking voor het katholieke Zuiden zou kiezen !

Kwaad en lijden

Het is hier niet de plaats om het bovenstaande uitgebreid theologisch te kaderen.  Volmaakt als hij is heeft god uiteraard de beste van alle mogelijke werelden geschapen (Leibniz).  Dat is het hele vraagstuk van de theodicee, het geloven in een almachtige god die het kwaad en het lijden in de wereld toelaat.  Ook zonder zo’n god blijven er onschuldige kinderen sterven en gaan de goede mensen dikwijls eerder dood dan grote schurken.  Af en toe is er toch twijfel bij de grote baas.  In Italië werd in 1978 de christendemocratische partijleider Aldo Moro door de Rode Brigades ontvoerd en vermoord.  Moro was een jeugdvriend van paus Paulus VI en in de kathedraal van Sint-Jan van Lateranen hield de door verdriet getekende paus op 13 mei 1978 een uitzonderlijke toespraak waarbij hij god ter verantwoording riep.  Hij deed dat door de beroemde bijbelverzen van het boek Job in te roepen: “Verklaar uw optreden tegen mij.  Wat voor zin heeft het dat gij onrecht doet, uw eigen schepsel verstoot maar schurken in bescherming neemt ?”

Op een ongevoelige god die zou bestaan buiten het universum zitten wij niet te wachten.

Willy Dezutter

1.  Een suggestie voor onderzoek naar de relikwie van het H.Bloed werd door ons al gedaan in 2012.  Zie: Willy Dezutter, Jezus Christus in tegenlicht.  Een kritisch onderzoek.  Brugge, 2012, p. 26-27;

2.  Gertrud Schiller, Ikonographie der christlichen Kunst. Band 2, Die Passion Christi, Gütersloh,1968, p. 203

3.  De Blindekensprocessie of de Brugse Belofte is een jaarlijkse processie op de feestdag van Maria ten Hemelopneming (15 augustus) die een parcours volgt van de Onze Lieve Vrouw van Blindekenskapel naar de Onze Lieve Vrouw ter Potteriekerk.  In 1304 beloofden de vrouwen van de Brugse ambachtslieden dat zij jaarlijks een zware kaars van 36 pond zouden offeren indien hun zonen en echtgenoten heelhuids zouden terugkeren van de slag bij de Pevelenberg.  Die belofte zou gedaan zijn aan de Heilige Maagd Maria.  Moderne geschiedschrijvers laten dat irrationeel gegeven liever weg wanneer ze het hebben over de Vlaams-Franse twisten uit het eind van de 13de en begin 14de  eeuw.  Een algemene herziening dringt zich op.  Noch om religieuze (het verheerlijken van een militaire overwinning door de hulp van de Moeder Gods !) noch om politieke redenen zou men zo’n stoet in het openbaar domein mogen toelaten.  Absurde beloftes mag men probleemloos breken.  Dat heeft niets met tradities te maken.  Die zijn namelijk niet onveranderlijk.  In Ieper gooit men tijdens de kattenstoet ook geen levende katten meer van het Belfort.  Daar is men al in 1817 mee gestopt.

4.  Het aantal roepingen in dit klooster liep al terug toen de laatste acht kloosterzusters besloten om naar een kasteel te verhuizen in het zuiden van Frankrijk.  Ze reden rond in een limousine, bezaten verschillende Mercedessen en renpaarden.  Ze bezochten ook casino’s.  Dat was allemaal zeer merkwaardig te noemen voor een bedelorde !  Het hele verhaal kan men lezen in: Ronny Crab en Douglas De Coninck, De Schat van de Arme Klaren. Uitgeverij Epo, 1991.  Het klooster in Brugge werd afgebroken en op de kloostergronden verrees het bouwproject “Colettijnenhof”.

 

Engelstalige versie van “Jezus Christus in tegenlicht”

Door toedoen van Geraldine Vaccaro Colenbrander werd onze publicatie “Jezus Christus in tegenlicht” vertaald in het Engels, onder de titel “Jesus Christ. A critical observation”.   Zij vond de Nederlandstalige versie integraal terug op www.positief-atheisme.nl de toonaangevende website over atheïsme in Nederland.

Mevr. Vaccaro Colenbrander (West Palm Beach, Florida) woont al vijftig jaar in de VS maar komt oorspronkelijk uit Nederland.  Zij nam de moeite om elk Bijbelvers te vergelijken met de gangbare Engelstalige edities.  Zowel taalkundig als theologisch hebben we dus alle garanties voor professioneel werk.

Het Engels is ontegensprekelijk een wereldtaal en het spreekt voor zichzelf dat we haar voor deze zeer nauwkeurige vertaling, die u hierbij aantreft, bijzonder dankbaar zijn.

Willy Dezutter

Jesus Christ.  A critical observation

De hoop

Op 25 december 2012 spoorde de Nederlandse koningin Beatrix in haar kersttoespraak het Nederlandse volk aan tot geloof, hoop en liefde.

“Geloof is vertrouwen dat ons leven een zin geeft die uitstijgt boven het alledaagse, hoop is de overtuiging dat de uitkomst goed zal zijn ook al is die niet zichtbaar.  Liefde is de kracht die ons verbindt met elkaar, die geeft en vergeeft en die de haat kan overwinnen”.

In het christendom worden geloof, hoop en liefde de drie goddelijke deugden genoemd.  In 1 Korinthiërs 13:13 staat te lezen: “Ons resten geloof, hoop en liefde, deze drie, maar de grootste daarvan is de liefde”.  Die eerste brief aan de Korinthiërs* zegt in 13-4:6  “De liefde is geduldig en vol goedheid. De liefde kent geen afgunst, geen ijdel vertoon en geen zelfgenoegzaamheid. Ze is niet grof en niet zelfzuchtig, ze laat zich niet boos maken en rekent het kwaad niet aan, ze verheugt zich niet over onrecht maar vindt vreugde in de waarheid”.  Met deze liefdesboodschap heeft een humanist natuurlijk geen enkele moeite.

Dat is geen exclusief christelijke boodschap; dat is universeel menselijk en heeft betrekking op het hier en nu.

Kardinaal Godfried Danneels, zegt in een interview naar aanleiding van zijn 80ste verjaardag (Knack 22 mei 2013): ”Niet het verlies van geloof, maar van hoop is het grote gevaar voor de westerse wereld”.  Hij rekent er dus op dat de uitkomst goed zal zijn.  Maar brengt iemand die die sterke verwachting niet heeft daarmee de westerse wereld in gevaar ?  De hoop als geestelijke kracht (psychische kracht zouden we eerder denken) bij het sterven willen we natuurlijk niemand afpakken.  Op zo’n moment zal men een beetje troost wel kunnen gebruiken.  Het mededogen haalt het nog altijd van het cynisme.  Het eeuwig leven misgunnen we ook niet aan de kardinaal en al evenmin wensen we hem de eeuwige verdoemenis toe.  Alleen zal zijn ultieme hoop een ijdele hoop blijken te zijn.  Als humanisten klampen we ons beter vast aan de concrete liefde.  Ze wisten dat al in dat oude liedje:

“Geloof, hoop en liefde

Ze komen bij elkaar.

Geloof, hoop en liefde

Ze maken dingen waar.

Want kun je niet meer hopen en geloof je niet meer

Dan brengt de ware liefde toch mooie dingen weer.”

Hopen is een erg egoïstisch verlangen.  Liefde is geven.  Love yourself then you will love everybody.  Godfried Danneels is vervolgens ook zeer affirmatief: “Ik denk nog altijd dat ik in de hemel zal komen”.  Over een eventuele loutering in het vagevuur vernemen we niets.  Je moet ook eens leren vrede te sluiten met de dood.  We verwijzen daarvoor naar mgr. Tiny Muskes (1935-2013), de oud-bisschop van Breda, die het zo verwoordde:

“Als je accepteert dat je dood zult gaan, dat het bij het leven hoort, niet alleen bij ons leven maar bij alles wat er is, dan wordt het een deel van je leven.  Dan wordt je leven hier en nu beter, intenser”.

En wat te denken van de reporter die hem vroeg: “Bestaat de hemel ?”

Ik zie nog altijd zijn verschrikt gezicht en dan het krachtig antwoord: “Neen”.

Schitterende televisie !

Willy Dezutter

Noot:  De eerste brief van Paulus aan de Korinthiërs is een boek in de Bijbel, in het Nieuwe Testament.  Paulus bevond zich toen in Efeze en schreef deze brief (opgedeeld in 16 hoofdstukken) aan de gemeente in Korinthe, een havenstad in Griekenland.

De brief werd geschreven in het Koinè-Grieks rond 57 n.chr. en handelt uitgebreid over de liefde. De vrouwonvriendelijke uitspraken van Paulus (de vrouw is ondergeschikt aan de man) zouden elke gelovige vrouw ertoe moeten aanzetten om het kerkinstituut ter stond te verlaten.  Dit wijst er nog eens op dat deze brieven moeten gelezen worden in de context van de tijd.  Maar dat geldt natuurlijk voor de gehele Bijbel en vormt het beste argument tegen de gedachte dat we hier te doen hebben met het woord van god.  Paulus zou nu mogen rekening houden met de derde feministische golf !

 

Over sluipwespen en oogwormen

Eén van de vroegste Griekse filosofen was Anaximander, die leefde in de 6de eeuw voor onze tijdrekening.  Volgens hem zweefde de aarde vrij in de ruimte en verkeerde ze eerst in vloeibare toestand.  De aarde werd steeds droger, doordat er water in de zon verdampte.  Uit dat verdampte water werden vissen geboren, die de eerste levende wezens zouden zijn geweest.  Alle andere dieren zouden ontstaan zijn als transformatie of evolutie uit de vissen.

De mens zou volgens hem uit dieren van een andere soort zijn voortgekomen.  Anaximander werkte geen evolutieleer uit, maar toch wordt hij door velen beschouwd als de oudste vertegenwoordiger van een fundamenteel evolutief denken.

De Engelse natuuronderzoeker en bioloog Charles Darwin (1809-1882) zorgde pas voor de revolutie toen in 1859 de eerste versie verscheen van zijn “On the origin of species by means of natural selection”.  De evolutietheorie was een grote aanslag op de zekerheden van het christendom.  Darwin zelf verloor zijn geloof in het christendom niet op grond van zijn wetenschappelijke ontdekkingen, maar vanwege de wreedheid van de natuur, die hij niet in overeenstemming zag met een oneindig goede en volmaakte schepper.

Hij gaf daarbij het voorbeeld van de sluipwesp die zijn eitjes in levende rupsen legt.  De larven eten vervolgens de rups van binnenuit op, waardoor deze een langzame en gruwelijke dood sterft.  De bekende schrijver en producer David Attenborough (° Londen 1926) heeft in zijn vele bekroonde natuurdocumentaires, die door de Britse omroep BBC werden uitgezonden, er op gewezen dat dergelijke aberraties ook voorkomen bij de mens.  In West- en Centraal-Afrika zijn er jaarlijks 13 miljoen slachtoffers van de oogworm, een parasiet van ca. 4 cm lang die zich in het zachte bindweefsel van het oog nestelt en blindheid kan veroorzaken.  Dit wordt veroorzaakt door een steekvlieg, de mangovlieg.  Een god die dit toestaat kan niet bestaan.

Door het steeds warmer wordende klimaat komen steeds meer parasieten die normaal in tropische streken leven ook meer en meer in noordelijke gebieden voor.  De oogworm komt reeds voor in Italië.

De natuurseries van David Attenborough zijn van een grote wetenschappelijke en educatieve waarde.  Aangezien hij steeds vertrekt vanuit de evolutie zijn orthodoxe kerkgenootschappen daarmee niet altijd zo gelukkig.  Zijn “The Life of Mammels” is als “Het leven van zoogdieren” in 2007 in Nederland uitgezonden en op dvd uitgebracht door de Evangelische Omroep (de EO). Hierbij is de laatste aflevering, die over mensapen en de mens gaat, weggelaten.  Tevens zijn verwijzingen naar “miljoenen jaren” en de evolutie verwijderd om godsdienstige redenen.

Censuur in het land dat ooit geroemd werd om zijn tolerantie.  Het is overigens opvallend dat in Nederland de censuur meestal uit protestantse hoek komt en zelden van katholieke zijde.

Het kan ook moeilijk anders met volksvertegenwoordigers van de Staatkundig Gereformeerde Partij (SGP) uit de “bible belt” in de Tweede Kamer, die zich krampachtig vastklampen aan de reling van de Ark van Noë.  Zij vinden zich trouwens betere christenen dan die van de Christen Unie en al helemaal van die van het CDA (Christen Democratisch Appel), een zuivere machtspartij die nu wel in crisis verkeert.

Uit onderzoek (2007) blijkt dat 61 procent van de EO-leden gelooft dat god de wereld in zes dagen heeft geschapen.  Slechts één procent steunt de evolutieleer.

Op 5 november 2012 trad in Nederland het kabinet-Rutte II (VVD en PvdA) aan.  De confessionele partijen belandden in de oppositie.  Dat maakt op het levensbeschouwelijke vlak een aanzienlijk verschil.  Door de Tweede Kamer der Staten-Generaal werd op 16 april 2013 het wetsvoorstel aangenomen om het verbod tot godslastering te laten vallen.  Dit stond nog steeds in het Wetboek van Strafrecht ( als slapend artikel 147).  De vrijheid van meningsuiting staat centraal.  “Religie mag geen bevoorrechte positie hebben ten opzichte van politiek of wetenschap, waar ten slotte ook alles bekritiseerd kan worden” (prof. Paul Cliteur).

Religie en godsdienstige gevoelens dienen in een vrije samenleving niet bij wet extra beschermd te worden.

Willy Dezutter

De dood is onlosmakelijk verbonden met het leven

Eén van de weinige absolute zekerheden die wij hebben in dit leven, om niet te zeggen dat het de enige is, is dat wij allen binnen afzienbare tijd gaan sterven.  Het leven is eindig.  Tegelijk is er in dit leven weinig of niets waaromtrent we zo weinig weten als over de dood.  Er bestaat geen levende die uit eigen ervaring over de dood verslag kan geven.  “Als we zalig zijn zullen we weten hoe Hij is”, schreef Blaise Pascal (1623-1662) in zijn postuum gepubliceerde “Pensées” (1669).  De dood is onomkeerbaar en een terugkeer naar de toestand van levende is uitgesloten.  Het is zelfs niet wenselijk.  Om de honderd jaar wordt de totale wereldbevolking vernieuwd en om deze cyclus te willen verbreken op grond van wederopstandingsmythen getuigt van grote ijdelheid en hoogmoed.  We maken gewoon plaats voor anderen zoals anderen dat ook hebben gedaan.

Levensverwachting 

Er leven nu meer dan 7 miljard mensen op aarde en volgens de prognose zullen dat er 9 miljard zijn tegen 2050.  In 1804 leefden nog maar één miljard mensen op deze wereld.

We kunnen dus wel spreken over een demografische revolutie.  De draagkracht van de aarde zou wel eens kunnen overschreden worden.  Sinds 1880 gaat de evolutie van de levensverwachting, zowel voor mannen als voor vrouwen, in stijgende lijn.  In de prehistorie was de gemiddelde levensverwachting 19 jaar, in de Middeleeuwen 25 jaar en rond 1900 ongeveer 44 jaar.  De gemiddelde leeftijd in België was in 2011 voor mannen 77,75 jaar en voor vrouwen 82,85 jaar.  In Nederland was dat 79,2 voor mannen en 82,9 voor vrouwen.  Zowel in Nederland als in België leven vrouwen langer maar de stijgende levensverwachting gaat helaas niet automatisch gepaard met een langer leven in goede gezondheid.  Het verschil in levensverwachting tussen mannen en vrouwen wordt wel kleiner.  Jaarlijks sterven er in ons land 100.000 mensen.  Die langere levensduur heeft natuurlijk zijn gevolgen voor de filosofiebeoefening.  We moeten ons nu langer inspannen om het leven zinvol te maken !  Ook het “ontslapen in de Heer” wordt eventueel uitgesteld.  Maar de R.K. kerk is zeer pragmatisch.  Bij zelfmoord en euthanasie is het toch mogelijk om een kerkelijke uitvaart te krijgen, omdat men er van uit gaat dat de betrokkene door “emoties, angst en stress” was overmand.  Maar dan moet men wel eerst dood zijn.  Het hypocriete van de kerk schuilt in het feit dat men de persoon die het voornemen heeft zijn leven te eindigen, de laatste sacramenten weigert.  Maar op die manier kan men de diocesane statistieken van de kerkelijke begrafenissen natuurlijk wel mooi op peil houden.

Zonder leven is er geen dood 

De dood is onlosmakelijk verbonden met het leven.  Zonder leven is er geen dood.  Maar is er zonder dood leven?  Blijkbaar niet.  Eenvoudige waarneming van onze directe omgeving doet ons daartoe besluiten.

Het is in elk geval zo dat de aarde zichzelf bevrucht met haar eigen vruchten die zijn afgestorven.  Planten bijvoorbeeld zullen maar zaad produceren en door middel daarvan zichzelf voortplanten, wanneer ze kunnen groeien in vruchtbare grond.  Grond kan maar vruchtbaar zijn wanneer hij min of meer op regelmatige tijdstippen wordt voorzien van meststoffen en dat zijn reststoffen van verteerde afgestorven levende wezens.  Denken we maar aan de humus.  Wat het plantenrijk betreft, lijken wij in staat te zijn de cyclus van dood en leven min of meer rationeel te kunnen vatten.

Nochtans is ons begrijpen maar schijn.  We denken dat we deze cyclus verstaan omdat wij er biologische en biochemische verklaringen voor hebben.  Onze verklaringen zijn echter louter beschrijvend.  We hebben empirisch kunnen vaststellen dat planten in staat zijn zichzelf voort te planten door het feit dat zij gebruik maken van reststoffen van verteerde afgestorven levende wezens.  Maar waarom het nu eigenlijk zo is dat planten leven bij de gratie van vooraf afgestorven levende wezens, op deze vraag kunnen wij geen antwoord geven.  We kunnen alleen maar antwoorden: omdat het zo is.  Bij mijn weten bestaan er op dit ogenblik geen wetenschappelijke verklaringen waarom mens en dier moeten sterven om nieuw leven tot stand te brengen van soortgenoten.  Misschien komt er een dag dat men wel in staat zal zijn dit wetenschappelijk te verklaren.  Maar zelfs indien dit het geval zou zijn, zal nooit de vraag naar het waarom beantwoord zijn.

Hoewel de wetenschap dus niet in staat is te verklaren waarom het leven uit de dood ontstaat, is het daarom niet minder waar dat de gehele kosmos geënt is op het principe van de cyclus van dood en leven.  Dood en leven zijn de essentie van de kosmos, van ons Zijn.  Het is het grote mysterie.  Niettegenstaande de vaststelling dat de dood even essentieel is als het leven zelf, ervaren wij haar bijna altijd als absurd.  We worden geboren om te sterven.  Een mens wordt ongewild geboren en volgens J.P. Sartre (1905-1980) moet hij daarna toch zijn verantwoordelijkheid nemen en dan gaat hij dood en is alles voor niets geweest.  Volgens de absurdistische filosofie van Albert Camus (1913-1960) heeft het leven geen essentie en betekenis en is de mens gedoemd te leven met de absurditeit van het bestaan.

Het is zeker niet mijn bedoeling te gaan beweren dat de dood wél zinvol is.  Dit zou neerkomen op het geven van een waardeoordeel over de realiteit, wat natuurlijk niet kan, net zo min als men nacht en dag aan een waardeoordeel kan onderwerpen.  Men kan hoogstens zeggen hoe men dag en nacht ervaart.  Zeer velen zullen gevoelens van revolte hebben wanneer wordt vernomen dat een kind sterft en deze misschien niet hebben wanneer wordt vernomen dat een grijsaard van 95 jaar gestorven is.  Dit heeft te maken met emoties die worden ervaren naar aanleiding van het overlijden van een welbepaalde persoon.  Hoewel het niet onnuttig is van na te denken over deze gevoelens wanneer men reflecteert over leven en dood, zoals sommige filosofen dat doen, zou ons dit hier te ver drijven.  Toch is het opvallend dat geestelijke leiders krampachtig vasthouden aan het leven en zich niet inspannen om vervroegd terug te keren naar hun Schepper om eindelijk te kunnen genieten van de eeuwige gelukzaligheid.  Mgr. Huub Ernst, de oud-bisschop van Breda, is 95 jaar oud maar wil nog niet dood. Hij wil leven en stelt “het toevertrouwen aan god” liefst nog wat uit.  Is hij niet geïnteresseerd in “het eeuwige leven” en het spoedig weerzien met zijn Schepper? (Mattheus 25:46) of vreest hij “dag en nacht gepijnigd te worden tot in eeuwigheid”? (Openbaring 20:10).  Een ander voorbeeld staat ons nog duidelijk voor ogen.  Paus Johannes Paulus II (1920-2005) leed aan de ziekte van Parkinson.  In 2005 kreeg hij zware ademhalingsproblemen waardoor hij een tracheotomie (het plaatsen van een buisje in de luchtpijp) moest ondergaan.  Toch verscheen hij nog op het balkon van de Sint-Pieter om de wereld toe te spreken (1). Paus-emeritus Joseph Ratzinger trad op 28.2.2013 terug uit het ambt om te voorkomen dat zijn pontificaat zo treurig zou verlopen als dat van Karol Wojtyla, zijn Poolse voorganger.

Aanwezig in de kosmos

De mens heeft al altijd de drang gehad om de cyclus van dood en leven te begrijpen.  Enerzijds voelt hij een onweerstaanbare drang om deze essentie te vatten, anderzijds beseft hij dat zijn rede daartoe ontoereikend is, wat hem noopt tot nederigheid.  Maar tezelfdertijd maakt het hem ook zeer kwetsbaar want allerlei predikers bleken al vlug in staat om deze existentiële verzuchting te misbruiken door sommigen te doen geloven dat zij de verklaring hebben voor het mysterie van dood en leven, weliswaar in ruil voor complete afhankelijkheid en slaafs opvolgen van hun opgedrongen moraal.  Ik heb het inderdaad over de geopenbaarde godsdiensten.  Het is dus noodzakelijk dat dood en leven benaderd worden vanuit een andere invalshoek dan een puur rationele.  De enige mogelijkheid is dood en leven te benaderen vanuit een spirituele optiek.  Maar wat is spiritualiteit ?  Aan dit woord kunnen verschillende betekenissen gegeven worden.  Ik gebruik het hier in de betekenis van een zichzelf situeren in de kosmos en daaruit gevolgtrekkingen maken voor zijn eigen leven.  Dat is natuurlijk vaag maar als vrijzinnig-humanist kan ik het niet concreter omschrijven.  We zijn het dus aan onszelf verplicht om bezig te zijn met dood en leven. Dit is niet het gevolg van een morele plicht, maar wel het gevolg van een onweerstaanbare existentiële drang waaraan we niet kunnen weerstaan en ook niet hoeven te weerstaan, omdat we nu éénmaal mensen zijn en ons onderscheiden van andere levende wezens door ons spiritueel vermogen, dat er precies uit bestaat dat de mens zich realiseert aanwezig te zijn in de kosmos en er deel van uit te maken.

Mochten wij ons niet bewust zijn van onze aanwezigheid in de kosmos dan zou deze drang niet bestaan.  Wij zijn mensen en niets menselijks is ons vreemd zelfs niet de angst voor het onbekende.  Indien nodig is het onze plicht elkaar te helpen bij het overwinnen van die angst.

Deze vaststelling is heel zeker geen alibi om zich irrationeel te gaan gedragen, integendeel.

Telkens de rede kan worden gebruikt moet er beroep worden op gedaan.  We kunnen ook een beroep doen op andere perceptiemiddelen die zich situeren op het niveau van de atheïstische spiritualiteit, zoals gedefinieerd door prof. Leo Apostel (1925-1995).  Hij zoekt de spiritualiteit in de persoonlijke, innerlijke ervaring van de mens (2).  Een lekenspiritualiteit zonder god.  We hoeven als vrijzinnig-humanisten nog niet beginnen te bidden om onze angst te overwinnen.  Wij hebben voldoende aan de spiritualiteit als effect van het zelfbewustzijn.  Zo kan de mens een antwoord vinden op het besef van de absurditeit.  Dit bevrijdend humanisme staat heel dicht bij de theologie van de menselijkheid van de Duitse theoloog Eugen Drewermann (°1940) (3).  Toch is het niet zo’n drama om dood te gaan, het was uiteindelijk ook niet erg toen je nog niet bestond.  Vanuit menselijk oogpunt is het wel altijd aangenaam dat de meevallers op tijd komen en dat armoede en ziekte vermeden wordt.  Bij het leven horen rampen en zegeningen.  Zo kreeg een Franse generaal, zes uur voor zijn dood, zijn benoeming tot maarschalk.  Zijn antwoord was duidelijk: “Zeg aan de Keizer dat dit goed is voor deze wereld, maar dat ik vertrek naar een land waar dit tot niets kan dienen”.  In tegenstelling tot de dieren zijn we ons bewust van ons bestaan sinds de geboorte en hebben we zicht op de toekomst.  Een dier leeft in het heden maar de mens heeft niet alleen last van de problemen van het heden maar wordt ook nog eens geteisterd door het verleden en de toekomst.  In het ontstaan zijn we verschillend, in het sterven gelijk (Seneca, 4 v.o.t. – 65 na onze tijdrekening).

Afwezigheid van vrees voor de dood en de goden werd ons al geleerd door de Griekse filosoof Epicurus (341-270 v.o.t.) in zijn uitspraak “De dood gaat ons niets aan”, om te onderlijnen dat het leven belangrijk is om geleefd te worden.  Uit de vrees voor de dood en de goden is de religie ontstaan en die komt onze gemoedsrust enkel verstoren.  Die onrust is geheel onnodig.  Het is onzinnig om de dood te vrezen want “zolang wij er zijn, is de dood er niet, en wanneer de dood gekomen is, zijn wij er niet meer” wist Epicurus.

In de stoïcijnse levenskunst is er geen plaats voor irrationele gedachten.

De hel is een uitvinding met de bedoeling controle te kunnen uitoefenen over de massa.  De hemel is dan weer een beloning voor de onderdanige volgelingen.  De angst om te sterven houdt de mens nog altijd bezig, maar wel is intussen bewezen dat het niet geloven in de hemel en de hel niet zorgt voor bandeloosheid.  De moraal is niet gebaseerd op religie maar op sociale banden.  Het concept van angst voor straf en hoop op beloning na de dood is totaal voorbij gestreefd.

Willy Dezutter

(1)  Volgens de officiële versie van het Vaticaan wou hij aan de wereld tonen dat het lijden tot het leven behoort en niet meer verstopt moet worden maar met waardigheid kan gedragen worden.  Volgens de kerkleer neem je als gelovige door het lijden deel aan het werk van de verlossing.  Het lijden is het gevolg van de zonde.  Het lijden van Jezus Christus was dus kennelijk onvoldoende !

Het probleem van het lijden is de vraag waarom een almachtige en goede god kwaad en lijden in zijn schepping toestaat.  Voor velen is het probleem van het kwaad het voornaamste bezwaar tegen een geloof in god.

(2)  L. Apostel, Atheïstische spiritualiteit. VUBPress, Brussel, 1998.  L. Apostel definieert spiritualiteit als “een systematische houding en strategie gericht op ervaringen die onze relatie met de diepste realiteit belichamen”.  Daartoe plaatst men zich “in het grootste geheel waartoe men denkt te behoren” en richt men zich “op de basisdoelen in dienst waarvan men het eigen leven stelt”.  Het is een vorm van niet-theïstische spiritualiteit.

(3)  Matthias Beier, Religie zonder angst en geweld. Hoofdlijnen van Eugen Drewermanns theologie van de menselijkheid. Vught, 2011, 256 p.

De Duitse theoloog Eugen Drewermann (°1940) besloot op zijn 65ste verjaardag zijn lidmaatschap van de katholieke kerk op te zeggen.  Hij pleit er voor om de letterlijke en historiserende lezing van de Bijbel los te laten.  Hij ziet god (na bestudering van de natuurwetenschappen, biologie en neurologie) als “psychologische werkelijkheid in de diepste lagen van onze persoonlijkheid”.  Die dieptepsychologische benadering, die het zoekt in het onbewuste, maakt ons overigens zeer sceptisch, temeer als men beseft dat de dieptepsychologie voor een groot deel is voortgekomen uit de behandeling van emotioneel gestoorde mensen.

 

De hebzucht en de hoogmoed

De hebzucht is één van de zeven hoofdzonden.

Het is het verlangen naar macht, geld, rijkdom of bezittingen.  Het voornaamste kenmerk is dat men door het bezit van één van deze men aan een ander hetzelfde bezit ontzegt.  Op zichzelf is dit niet strafbaar.  Er kunnen wel misdaden uit voortkomen, zoals verraad, omkoping, diefstal en huurmoord.

De hebzucht en hoogmoed zijn nauw met elkaar verweven als het op roekeloosheid aankomt.  In de christelijke ethiek rekent men de “Superbia” of hoogmoed tot de ergste van de zeven zonden.  De “Avaritia” of hebzucht staat op twee.  Die twee hoofdzonden worden kerkhistorisch gezien geclaimd door de katholieke kerk maar gelden voor iedereen.  Het is een universeel gegeven.

De hybris of hubris (hoogmoed, overmoed) is een typisch thema uit het Griekse denken (vgl. de val van Icarus).

Het is dus geen hoofdzonde van enkel psychopaten (Adolf Hitler) want tegenwoordig lijden vooral bankiers aan dit gedrag.  Maar, zeggen ze zelf, dat is niet onze schuld maar die van roekeloze beleggers.  Hebben de banken het dan niet zelf vergokt ?  Dus iedereen is hebzuchtig.  De aandeelhouders én de toezichthouders die de speculatieve beleggers in bankaandelen hun gang lieten gaan.  Collectieve hebzucht.  Alleen de brave spaarder met zijn spaarboekje werd echt gedwongen om zijn zuurverdiende centen op de bank te zetten, want grote bedragen kan men niet meer contant betalen en de matras is ook geen veilige bergplaats.  Later zal ook nog eens blijken dat de beloofde depositogarantie louter virtueel geweest is.

“Indignez-vous”: wees woest !

Willy Dezutter

De zeven hoofdzonden (maar niet nader verklaard):

  1. Hoogmoed
  2. Hebzucht
  3. Onkuisheid
  4. Jaloezie
  5. Gulzigheid
  6. Woede
  7. Luiheid

De verleiding van de overmoed

De verleiding van de overmoed bedreigt ieder van ons en elke dag weer opnieuw.  Zo kruipen wij na een vergadering wel eens overmoedig achter het stuur van onze auto.

Overmoed wordt bestraft ook al is men godvrezend.  Te veel triomfen maken overmoedig en hoogmoedig.

De zwaarste gevallen van hovaardij doen zich voor bij bevolkingsgroepen die denken dat alles beheersbaar is, ook aardbevingen en overstromingen.  De natuurkrachten maken daarbij geen onderscheid tussen de Indische Oceaan (tsunami 2004) of de Atlantische kusten (New Orleans/VS, 2005).  De kernramp in Fukushima (Japan, 2011) kwam een jaar na de aardbeving in Haïti (2010).  In Haïti telde men uiteindelijk 230.000 doden.  De kathedraal van Port-au-Prince was ingestort maar ook de aartsbisschop Mgr. Joseph Serge Miot (63) kwam om.  Volgens The Catholic News Service stond “deze nederige man van god, met een grote devotie voor de Moeder Gods, zeer dicht bij de armen”.

Het klinkt zoals een voorzegging uit het Oude Testament: hier zien we het juiste profiel voor een nieuwe paus.

De Almachtige was dus weer eens niets ontziend seismisch actief.  Hij liet zijn eigen bedehuis instorten.

Willy Dezutter

De “blijde boodschap”

Het woord “evangelie” betekent “het goede nieuws” of “de blijde boodschap”.

Deze “blijde boodschap” houdt in dat Jezus Christus stierf voor de zondaars en hun zonden in zich droeg tot op het kruis.  Hij werd begraven en is uit de doden opgestaan.

Hij heeft de zondaren gered en gaf het eeuwige leven als een gift aan eenieder die het wil aannemen. Dat is de ware of blijde boodschap.

Deze doctrine is gevestigd op het Nieuwe Testament, het tweede deel van de Bijbel, het heilige boek van de christenen.  Steeds meer mensen (ook zogenaamde gelovigen !) beschouwen het Nieuwe Testament (dat ze nooit hebben gelezen !) nog hooguit als een menselijk boek, maar dan wel een boek (in feite 27 boeken geschreven in de eerste en tweede eeuw na Christus) met betekenis voor de wereldliteratuur.  De twee kerngedachten, te weten de opstanding van Jezus en het geloof in zijn heilswerk, werden door de moderne theologen op basis van het historisch-kritisch bijbelonderzoek al lang afgewezen.  De Bijbel wordt niet meer beschouwd als het betrouwbare en absoluut geldende woord van god, behalve natuurlijk door orthodoxe gelovigen.

De bronnenkritiek en de vormkritiek hebben hun werk gedaan.  Bij een rationeel-wetenschappelijke benadering van de wereldbeelden is er geen plaats voor een god die niet bestaat.  Een god die ongevoelig is voor elk menselijk lijden (hij laat pelgrims op weg naar zijn moeder in Lourdes verongelukken met de autobus) en voor het kwaad (Auschwitz), kunnen we missen als kiespijn.  Er is in deze wereld geen overstijgende werkelijkheid.

Met Etienne Vermeersch, Paul Cliteur, Dirk Verhofstadt en anderen zijn we het eens dat de basis voor moraal niet kan teruggebracht worden op het bestaan van god.

De voormalige R.K. bisschop van Brugge Roger Vangheluwe diende op 22 april 2010 zijn ontslag in wegens seksueel misbruik van een minderjarige neef.  Over aartsbisschop André Léonard kunnen we kort zijn.  Die kwam zoveel in opspraak wegens zijn omstreden uitspraken (o.a. over homoseksualiteit) dat hij door zijn eigen bisschoppen het zwijgen werd opgelegd.  Zijn woordvoerder Jürgen Mettepenningen nam eveneens ontslag en noemde zijn baas een “spookrijder”.  Wel verklaart hij trouw te blijven aan het geloof.  Hij deelt hier dezelfde opvatting van de mensen die bij het verlaten van het kerkgebouw zeggen dat  de pedofiele priesters hen niet deren, want ze verliezen daardoor niet hun geloof.

Dat verschillende “bedienaren van de eredienst” niet deugen, tast hun geloof niet aan.  Nooit komt het bij hen op dat het product (de blijde boodschap) niet meer van deze tijd is, want een mooi verzinsel om de berusting te kunnen prediken (bij ondraaglijk lijden) of uitzicht te bieden op “eeuwig leven”.  Dat laatste sprookje is een vondst die iedereen troost moet kunnen brengen, gelovigen en “ietsisten”.  Hedendaagse theologen zoals Hans Geybels hebben het steeds over de terugkeer naar de essentie en omschrijven dat als “de evangelische aanpak”.  Ze verzuimen wel steeds om te zeggen wat daaronder moet worden verstaan.  De enige die een klare kijk heeft op de geloofscrisis is Mgr. Jozef De Kesel, de bisschop van Brugge, die onomwonden zegt: “Het is niet omdat we de Kerk moderniseren dat de mensen terugkeren” (interview Krant van West-Vlaanderen, 29.3.2013, p.3).

De kerk als organisatie mag dan wel in crisis zijn, maar dat komt niet door de organisatiestructuur als zodanig, maar omdat de waar die men probeert te slijten bij moderne mensen niet meer aanslaat.  Alleen heel jonge communicanten kunnen nog een tijdje geïndoctrineerd worden totdat ze er achter komen dat hun ouders en andere volwassenen logen: Sinterklaas bestaat niet !  Dit wordt overigens kunstmatig in stand gehouden omdat het aangestuurd wordt door het katholieke scholennet.  De secularisatie is een feit en dat valt niet meer te veranderen, niet door vrouwen tot priester te wijden noch door andere innovaties.  Ook tijdens de kerkdienst (het woord eucharistieviering schrikt af !) met beatmuziek, begonnen na het Tweede Vaticaans Concilie (1962-1965) in de late jaren zestig, is men er niet in geslaagd om de “blijde boodschap” te laten aanslaan bij ouderen noch jongeren.  Men heeft ontdekt dat men ook “in de hemel kan komen” (…) zonder Jezus te volgen.  Hij is niet meer de bron van hoop en toekomst, omdat nu eenmaal niemand met gezond verstand gelooft dat god zijn zoon naar de aarde stuurde en na hevig lijden en sterven weer lichamelijk opnam.  Met of zonder drumstel: god bleef doof.  Het verwerven van een hemels bestaan staat bij de moderne mens niet meer zo hoog aangeschreven.

De jongeren gaan alleen nog, zoals in de Nederlandse “ bible belt”, gedwongen naar de kerk.  Van de wieg tot het graf tracht men daar de kudde bijeen te houden.  Met warme chocolademelk op Kerstmis als smeermiddel voor de huwelijksmarkt.  Liever inteelt dan diversiteit.  Maar het zijn gezagsgetrouwe Oranjeklanten en geen terroristen.  Godsdienst als opium voor het volk.  Het werkt nog altijd en met de steun van de staat en de binnenlandse veiligheidsdienst.  Godvrezendheid als garantie voor sociale orde.

Bij de katholieken werd er in 1968 lacherig gedaan over de encycliek Humanae Vitae van paus Paulus VI, waarin nadrukkelijk anticonceptiva (zoals de in opkomst zijnde anticonceptiepil) verboden werden.

Het echte probleem van de kerk is dat ze alleen nog groeit in Zuid-Amerika (behalve Argentinië) en Afrika.  Maar in het Westen is het gedaan met pelgrims die op hun knieën naar het Mariabeeld kruipen (Onze Lieve Vrouw van Guadalupe, Mexico-Stad; sinds 1945 ook patrones van heel Latijns-Amerika !).  Pasen als het geloof in de opstanding uit de doden krijgt men niet meer zo vlot verkocht, in tegenstelling tot paaseieren en paashazen.  Zelfs de apostelen geloofden het niet.  Het geloof probeert het onmogelijke toch mogelijk te maken, door ons te sussen met de naïeve gedachte dat dit ons bevattingsvermogen overstijgt.  Het doet denken aan de gladde praatjes van goed getrainde verkopers, een beetje zo als in het sprookje van “de nieuwe kleren van de keizer”.  In dat sprookje van Hans Christian Andersen toont de keizer zich naakt aan het volk omdat hij de kleermakers had bevolen om een gewaad te maken uit een stof die niet bestaat.  Je moet inderdaad al goed je fantasie laten werken om mee te gaan in zo’n infantiel verrijzenisverhaal.  Alleen kinderen kan men nog van alles ongestraft wijsmaken; zij zijn onbevangen door onwetendheid en daardoor gemakkelijke slachtoffers.

Het paternalisme van de nieuwe paus Franciscus zal daar niet veel aan veranderen.  Hij is nu eenmaal geen bevrijdingstheoloog.  Het is de verkeerde versoberingspolitiek.  Men moet de barmhartigheid niet prediken maar op wereldniveau onderhandelen over structurele maatregelen zodat er een herverdeling komt en meer solidariteit.  Hier geldt nog steeds de tweespraak tussen paus en koning: “Houd jij ze arm, dan houd ik ze dom”.  Uiterlijk vertoon van nederigheid om het machtsinstituut in stand te houden lijkt veel op een “jezuïtenstreek”.

Dat blijft natuurlijk een aantrekkelijk vooruitzicht voor diegenen die hun verblijf op aarde zien als een passage van het tranendal.  Net zo min als het plegen van ontucht door geestelijken komt dit soort bedriegerij voor een burgerlijke rechtbank.

De ethiek stelt vragen over deugdzaamheid en rechtvaardigheid.  Als humanisten hoeven wij geen lessen meer te krijgen uit Mechelen en Rome.  Toch zou de “consument” moeten beschermd worden.

De Roemeens-Franse filosoof Emil Cioran (1911-1995) beweerde ooit het volgende: “God heeft heel veel te danken aan Johann Sebastian Bach”.  Wanneer men iets probeert te verkopen is de consument altijd kieskeurig maar in geloofszaken is hij nooit kritisch.  De muziek van Bach is dan voldoende om heel het machtsapparaat van het feestkatholicisme te laten zegevieren.

Ons vergelijkend warenonderzoek is voor alle godsdiensten van het boek hetzelfde (er verongelukken ook pelgrims op weg naar Mekka !): getest maar wel te licht bevonden.

En dat is de ware reden voor kerkverlating: de mensen zijn gelukkig te slim geworden en beseffen dat men hen vroeger “wat heeft wijs gemaakt”.  Zoals ze het zelf luid formuleren.

Zelf leren nadenken.  Het is een modern maar efficiënt verschijnsel.

Het vagevuur en de hel werden verwezen naar fabeltjesland, het biechten (de individuele biecht in de biechtstoel) en de vleesderving (vasten) geraakte in onbruik, kortom de Tweede Beeldenstorm was een feit.  Het is allemaal de schuld van Satan … zeggen de conservatieve priesters die hopen op een restauratie van de oude toestand.

Maar de verstandige burgers doen liever iets uit liefde voor de medemens dan uit liefde voor een onzichtbare en machteloze, want onbestaande (1), god.  “Behandel anderen zoals je door hen behandeld wil worden”.  Die gedragsregel is universeel en komt reeds voor in China (Confucius), het oude Egypte en Griekenland.  Het is zo veel ouder dan de prediking van de naastenliefde door Jezus Christus in de Bergrede.  Waarom heeft men niet genoeg aan die basisformule ?  Wellicht heft dit het mysterie te veel op en dan is het niet meer spannend genoeg.

“Wat gij niet wilt dat u geschiedt, doet dat ook een ander niet.”  Leer deze stelregel van buiten.  Het is vrijgesteld van genade.

Willy Dezutter

(1)   Sterk aanbevolen Herman Philipse, Atheïstisch manifest en De onredelijkheid van religie (1995 en 2004, uitgeverij Bert Bakker, Amsterdam, 198  blz.).  Prof. dr. mr. Herman Philipse (Universiteit Utrecht) gaf een uitgebreidere versie in zijn boek God in the Age of Science ? A Critique of Religious Reason. Oxford University Press, Oxford, 2012,360 blz.

Zie ook: Etienne Vermeersch, Atheïsme. Uitgeverij Luster, Antwerpen,2010. Een heldere uiteenzetting in 62 blz. Sterk aanbevolen kennismaking met het onderwerp.